Het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, IIHS, is een onderzoeksinstituut in Amsterdam, Nederland, met het grootste archief over de geschiedenis van de linkse beweging. Opgericht in 1935. Het maakt deel uit van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Verzamelen en bestuderen van documenten over de geschiedenis van sociale bewegingen.
Geschiedenis
Vanaf de oprichting tot het einde van de Tweede Wereldoorlog
Het instituut werd op 25 november 1935 door Nicolaas Posthumus opgericht als een plaats voor het bewaren en onderzoeken van documenten betreffende de geschiedenis van sociale bewegingen, in het bijzonder sociaal-democratische en arbeidersorganisaties. De politieke situatie in Midden- en Oost-Europa in het midden en het eind van de jaren dertig vormde een ernstige bedreiging voor de leden van veel sociale bewegingen en voor hun archieven. Het behoud ervan door ze naar neutraal Nederland uit te voeren en ze ter beschikking van onderzoekers te stellen, was de voornaamste taak van het Instituut.
Tussen 1935 en 1940 werd het Instituut volledig gefinancierd door De Centrale, een verzekeringsmaatschappij die banden had met de sociaal-democratische beweging. Gedurende deze periode verzamelde het Instituut actief documenten in heel Europa. Tot de belangrijkste aanwinsten behoorden het archiefbezit van Karl Marx en Friedrich Engels, archieven en bibliotheken van vele anarchisten en sociaal-democraten, alsmede archieven van vakbonds- en anarchistische organisaties in Spanje.
In 1940 opende het MISI een filiaal in Londen, waar zijn meest waardevolle documentaire verzamelingen werden ondergebracht in de aanloop naar de bezetting van Nederland door de nazi’s. Tijdens de nazi-bezetting werd het Instituut in Amsterdam door de Duitse autoriteiten gesloten, en het gebouw werd bezet door het hoofdkwartier van Reichsleiter Rosenberg. Veel van de documenten die in het archief bleven, werden naar Duitsland gebracht.
Na-oorlogse geschiedenis
De naoorlogse restauratie van het werk van het Instituut duurde een decennium. Een aanzienlijk aantal documenten werd vanuit Duits gebied naar Amsterdam teruggestuurd, sommige werden later door Polen teruggegeven. Sommige collecties bleven in handen van de autoriteiten van de Sovjet-bezettingszone en werden naar de USSR gebracht. Veelzijdige hulp werd verleend door de Universiteit van Amsterdam, het gemeentebestuur, de Ford Foundation en de Wiedergutmachung, die niet langer kon overleven met de aanzienlijk verminderde middelen die haar waren toegewezen.
In de jaren zestig en zeventig werden de collecties van het Instituut verrijkt met materiaal uit Latijns-Amerika, en aan het eind van de jaren tachtig met documenten van Turkse partijen en vakbonden, alsmede van de Chinese democratische beweging, beide aan Amsterdam geschonken door hun eigenaars en rechtstreeks verzameld door het personeel van het Instituut.
In 1979 werd het Instituut onderdeel van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. In 1989 werd een oud cacaopakhuis in het Oost-Dokgebied van Amsterdam verbouwd om de groeiende collecties van het instituut te huisvesten en het werk van de medewerkers te ondersteunen. Naast het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis zijn ook het Nederlandsch Economisch-Historisch Archief en het Nederlands Persmuseum in dit gebouw gehuisvest. De collecties van de drie instellingen zijn toegankelijk via één enkele elektronische catalogus.
Archief
De archieven van het Instituut vormen een van de grootste collecties ter wereld van documenten over de geschiedenis van sociale bewegingen. Het bevat onder andere de persoonlijke archieven van de Duitse socialisten en anarchisten Karl Kautsky, Augustin Suchy, Georg von Vollmar, Friedrich Adler, en Max Nettlau, de Amerikaanse Baltische anarchisten Alexander Berkman en Emma Goldman, de Franse communist Boris Suvarin, en de naoorlogse Duitse activisten Wolfgang Abendrot en Wolfgang Harih. Het archief beschikt over collecties documenten over de anarchistische en trotskistische beweging in Spanje tijdens de burgeroorlog. Bovendien bewaart het MISI uitgebreide archieven van het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen.